Nieuwjaar

Iedereen een gezond en gelukkig nieuwjaar vol puzzelplezier gewenst. Op nieuwjaarsdag verschijnt er geen cryptootje, donderdag 2 januari wordt de draad weer opgepakt.

# 40

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Waar de trein halt hou(d)t, (8)

7. Vogel van de afgelegen groente. (5)

8. Net zo goed kort pijnlijk. (8)

9. Stuk dat je links- en rechtsboven en links- en rechtsonder vindt. (5)

10. Waarmee je een snelle slee opspoort. (5)

13. Zo succesvol kan een bom zijn. (8)

14. Klieren onder de koeien. (5)

15. Het woord voor 100° C. (8)

Verticaal

1. Vervelend onderkomen aan je trekhaak. (8)

2. Daar staat een keeper niet voor. (4,4)

3. Op die streek kan je liggen. (4)

4. Duitse jongen die duiven imiteert. (4)

5. Toewijding is het laatste talent. (8)

6. Firewall in de natuur. (8)

11. Gevaarlijk spel. (4)

12. Hoofdstad waar anders veel loos is. (4)

# 39

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Zuinige lesbiënne. (8)

6. Een Amsterdams waterhoofd levert tekst. (4)

8. Graficus die niks overhoudt. (7)

9. Aftocht. (6)

10. Dwaas wezen voor hunebedden. (7)

11. Drievoudig loflied op de electronica. (6)

12. Heftig niks dus. (4)

13. Halve kilo kleding. (8)

Verticaal

1. Jaagt men door de kamers. (8)

2. Ruimte om mee te zwemmen. (7)

3. Twee jongens met dezelfde namen kaarten. (6)

4. Niet slapen leidt tot angsten. (8)

5. Kaderarbeid. (8)

7. Oudste voorgerecht ter wereld. (7)

# 38

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Flauwekul van de heks. (6)

4. Een partij van 100 gram zuigt. (5)

7. Geeft een concert voor zijn eigen club. (12)

9. Pan onder de dakpannen. (12)

11. (5)

12. Snelle opzet. (6)

Verticaal

1. Als je de poes borstelt krijg je ketters. (8)

2. Aardige meid geeft een nare ziekte. (8)

3. Hoge klip in Marokko. (3)

4. Kleine woning voor opnames. (6)

5. Leek buiten Engeland te staan. (8)

6. Legerpaard. (8)

8. Nadrukkelijke druk. (6)

10. Daarin kan je met iemand gaan. (3)

Kerstreces

Iedereen prettige kerstdagen gewenst. Op woensdag 25 en donderdag 26 december verschijnt er geen cryptootje. Na de kerst wordt de draad weer opgepakt.

# 37

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Teken de Engelse Q-klank. (3)

3. Onbeschaafde kroegvis. (8)

8. Partijorgaan. (12)

10. Voorproefjes die de magnetron in gaan. (12)

12. Waarmee men boksers opsluit. (8)

13. Volgens ISO 4217 is een Arabische munt een plaag. (3)

Verticaal

1. Koekje van de nachtkroeg. (4,4)

2. Wild pleonasme. (8)

4. Dag paraplu. (3)

5. Zuur drankje. (6)

6. Begindeeltjes onder vier ogen. (8)

7. De overtreffende trap van altijd is minder dorps. (8)

9. Zo zwartwit kan echt niet. (2,4)

11. Groene schrijver. (3)

# 36

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Fietsriem. (6)

4. Teleurstellend als huisdier. (5)

7. Een elpee van de Jackson Five, bijvoorbeeld. (12)

8. Resten van Britten. (12)

9. Een feeks en een begijn, da’s zwaar geschut. (5)

10. Onderdruk de assistent. (6)

Verticaal

1. Kleding die je leent. (8)

2. Constructief element van een waterkering. (8)

3. Van lispelen stijlfiguren maken. (8)

4. Applaudiseer voor deze liefkozing. (8)

5. Hardware die je maar te slikken hebt. (8)

6. Vaardigheid in vers. (8)

# 35

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Of is dit een Duitse rivier. (4)

3. Onnatuurlijk, maar in trek. (7)

7. Serieus, zo roeit het echt niet lekker. (6,6)

10. Verslaafd aan de pot. (12)

11. De zelfkant prijzen? Dat is pesten. (7)

12. Bedrieglijke verpakking. (4)

Verticaal

1.Voordragen annuleren. (8)

2. Doe er een bandiet bij en waag een gokje. (8)

3. Overgeschreven ronde. (4)

4. Omslag die je dichter bij brengt. (4)

5. Doloper. (8)

6. Laadvermogens van agnosten. (8)

8. Overtreffende trap van in orde? (4)

9. Voor die munt verwacht je een don. (4)

# 34

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Motorproef. (5)

4. 1225 km/u daar maak je het mee in Duitsland. (6)

7. Observeerden iemand die zijn vrouw had mishandeld. (12)

10. Tegenactie. (12)

11. (10^-9) + = > 12. (6)

12. Niet doen! (5)

Verticaal

1. Niet vooruit. (8)

2. Binnen slapen. (8)

3. Bond voor kinderkoek. (4)

4. Daar maken de officieren er een rotzooitje van. (4)

5. Valt direct onder de Sint. (4,4)

6. Loopkar. (8)

8. Vast veel pleziervaart op dit riviertje. (4)

9. Aan de Maas is het gaaf. (4)

# 33

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Vloeibare kaarsrechte overgang. (8)

5. Deze God is omgekeerd meteen klaar. (4)

7. Vogeltje dat je kan knappen. (6)

9. Drukletter. (7)

10. Etterbak die de auto in beweging zet. (6)

11. Sneak peek. (7)

12. Niet even in die richting, en ook zo weer terug, knul. (4)

13. Goede kans dat je haar voor het Parthenon treft. (8)

Verticaal

1. Bosrand. (8)

2. Schrijver die bijdehand met speelgoed was. (7)

3. Voordruk die toch vaak wordt uitgedraaid. (8)

4. Daar ligt Wageningen, ik zweer het. (5,3)

6. Buurten die klaar zijn en raar zijn. (7)

8. Herrie die van belang kan zijn. (6)

# 32

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Gek, wat er van de commode gemaakt wordt. (10)

7. Indalen. (12)

10. Onuitstaanbaar, zo zacht als het blijft. (4,2,6)

11. Verontrustend als de sirene geprezen wordt. (10)

Verticaal

1. Functies voor nuchtere chauffeurs. (8)

2. Progressieve stoot. (6)

3. Verder met de reis naar de snelweg. (6)

4. Die Marokkaanse stad wordt nogal eens op z’n kop gezet. (3)

5. Waar je mee schildert kan me niet schelen, of toch? (3)

6. Pik op de pik. (8)

8. Dat meisje gaat geregeld de lucht in. (6)

9. De dunk kan ook waardeloos zijn. (6)

11. Heffing op speelgoed. (3)

12. Oude glorie. (3)

# 31

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Met een kampioenschap maakt een club naam. (5)

4. From your own dough. (6)

7. Vader overgeplaatst levert een slaapbol op. (12)

10. Plek voor talent. (12)

11. Daar vang je keurig vlindertjes mee. (6)

12. Kinderpartij. (5)

Verticaal

1. Om bier mee te hijsen. (8)

2. Onechter dan dit bestaat niet. (8)

3. Jakob en Lea maakten jeans. (4)

4. Voor de korte beheersing van je toetsenbord. (4)

5. Energiek zeker, en niet te beschadigen. (8)

6. Komt na de dot. (8)

8. In Goes zijn ze zelfbewust. (4)

9. Beklemmend fimpje. (4)

# 30

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Stiptheidsactie op schrift. (4,2,6)

7. Die heeft een serie-avonturier. (8)

10. Voor als ie toevlucht zoekt. (5)

11. Eeuwig en altijd. (5)

12. Binnenwater. (8)

15. Baanproef. (12)

Verticaal

1. + 2. Onraad. (8,6)

3. Handelt in auto’s en drugs. (6)

4. Niets dan groente is 100 % positief. (3)

5. Uitlijn. (3)

6. Voorbehouden komen in nood van pas. (8)

8. In die richting vind je een object aan de hemel. (6)

9. Waar de bussen gelijk staan. (6)

13. Dat trekje zou een Engelse vertaling van boter kunnen zijn. (3)

14. Omgekeerd lijkt zo’n schaap honderd. (3)

# 29

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Al is het niet de bedoeling, er komt wel honing van. (9)

7. Dat gebeurt als de laatste dienst erop zit. (12)

11. Heerlijke film. (12)

13. Product van naslagwerk. (9)

Verticaal

1. Vrienden die toegaven. (8)

2. Oorzaak die je kan trekken. (6)

3. Opkomend gewas. (4)

4. Dertiende of vijftiende dag, wel een tijdje geleden. (4)

5. In zo’n klein dorp zitten ze er bovenop. (3)

6. Daar vang je auto’s mee. (8)
8. Enigszins een wat. (6)

9. Joule / seconde. (4)

10. Overdreven daar, en het is al delicaat. (4)

11. Dat meisje bestaat eerst. (3)

# 28

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Hij zoekt kicks in zijn vakantie. (11)

7. In die plaats vind je 2 verticaal. (12)

10. Feest waarvoor je de handen op elkaar krijgt. (12)

11. Vlugge combinaties van proeven. (11)

Verticaal

1. Waar de post op valt. (7)

2. Dit soort mensen gaat graag op stap. (8)

3. Schop omhoog of omlaag. (4)

4. Dat slot is stuk. (4)

5. Dat geeft men voor een bekroonde reclame. (8)

6. Als de vore pijn doet is dat om te prikkelen. (7)

8. Agent die zo te horen een paard aanspoort. (4)

9. Pingeld. (4)

# 27

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Overlangs. (3,3)

4. Dat lijken wel Utrechtse golven. (5)

7. Verlaten als de dodo. (12)

9. Worden met kracht geschreven. (12)

11. Op het werk is het het einde. (5)

12. Stel je voor een land. (6)

Verticaal

1. Het vak van de smid. (8)

2. Is Jekyll van Hyde en Hyde van Jekyll. (5,3)

3. Zo’n six-pack voorkomt een slip. (3)

4. Verlegen jongen. (3,3)

5. Een zware jongen moet op dieet. (8)

6. Geen punt. (8)

8. Plus een erffactor, dat zijn er niet veel. (6)

10. @s. (3)

# 26

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Wel een kind maar zeker geen man. (1,1,1)

3. Gemeen hellend vlak. (4,4)

8. Waar schoenmakers stage lopen. (12)

10. Figuurstudie. (12)

12. Achterlopen. (8)

13. Edele crimineel. (3)

Verticaal

1. Wil je een vergadering, dan moet je investeren. (8)

2. Automaat. (8)

4. Daar heeft een tennisspeler niet van terug. (3)

5. Loeide Odysseus de oren van de kop. (6)

6. Gestolde akker. (8)

7. Neigen naar een trend. (8)

9. Emotioneel cliché. (6)

11. Achter afgesloten? (3)