# 315

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Niet echt vulgair, maar wel een hellend vlak. (4,4)

6. Deel van een boom dat meedoet in de ritmesectie. (4)

8. Innemende medemensen. (7)

9. Een actief rund levert geld op. (6)

10. Het genie nu, is ook naïef. (7)

11. Inderdaad een opening. (6)

12. Familie van de gleufhoed. (4)

13. Geen nachtvlinders. (8)

Verticaal

1. Begrip voor een man is de nieuwe zakelijkheid. (8)

2. Invoeropening. (7)

3. Vader verblijft er best. (6)

4. Daar wordt ook wel eens getimmerd. (3,2,3)

5. Kijken of de @ het nog doet voor de getuigenissen. (8)

7. De lucht van een dronken roker. (7)

# 314

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Waterstinkdier. (5,3)

5. ‘n Digitale plas is zo voorbij. (4)

7. Houthakkersfeest? (6)

9. Brandstof + brandstof = brandstof. (7)

10. Zet een koster voor de ploeg. (6)

11. De prijs van apen. (7)

12. Edna of Gaga. (4)

13. Beginregel. (8)

Verticaal

1. Astronautenvoer. (8)

2. Advieskosten. (7)

3. Schaduwreclame? (8)

4. Overigens ook een sprookjesschrijver. (8)

6. Een hinderlaag van twee vogels. (7)

8. Vind je tweemaal op een gitaar. (1-5)

# 313

Printversie (pdf).

Horizontaal

2. Woekergeld voor een bajonet. (10)

6. Topkwaliteit volgens Moody’s. (3)

7. Die gaat op de soldatenpot. (10)

9. Bos voor behoeftige Engelsen. (3)

10. Hij behoort tot de 1 %. (3)

11. Ja ma, missen doen we deze geneeskunst. (10)

12. Zij zit in het gevang. (3)

13. Beursclimax. (10)

Verticaal

1. Naam voor een jakhals. (6)

2. Indonesische dubbele opdracht aan een noot om te vertrekken. (4,4)

3. Het talent van een meteoroloog. (8)

4. De vergelding wringt weer. (8)

5. Zo hoor je dat de oudijzerman eraan komt. (8)

8. Ruimte om een vis te verleiden. (6)

# 312

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Zij heeft het voor het zeggen. (11)

7. Drukmiddelen. (12)

10. Zwakke troost. (6,6)

11. Het gevolg van een saaie app. (11)

Verticaal

1. Dans op een maan van Saturnus. (7)

2. Topdiner. (8)

3. De broer van Axel. (4)

4. Drug die klinkt als een sacrament. (4)

5. Meubel voor de rekenkamer. (8)

6. De opbrengst van tinerts. (7)

8. U en de socialisten, dat sluit. (4)

9. De assistent met ongeveer een genotmiddel. (4)

# 311

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Het gewicht van een Noorse god. (4)

3. Heel veel weerstand. (7)

7. Rechtsfilosofisch naslagwerk. (12)

10. Melktijd? (12)

11. Een hoop loven werkt verlammend. (7)

12. Hardnekkig onwillig. (4)

Verticaal

1. *.. (8)

2. Duivels aanstekelijk. (8)

3. Watersport? (4)

4. Mineraal voor medici en stukadoors. (4)

5. Dubbele onderscheiding. (8)

6. De verbinding aan de finish bepaalt de weerstand. (8)

8. Egyptische leeuwgod in de put. (4)

9. Wellustig reeënkalf. (4)

# 310

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. ‘n Terug kan geen uitstel lijden. (6)

4. Hij speelt niet. (5)

7. Een gevoel van verlangen. (12)

8. Een stuk met vermogen. (12)

9. Krijg je wel eens cadeau bij een uitleg. (5)

10. Meer daarom voor de veilingen. (6)

Verticaal

1. Een spook gaat op stap in Noord-Holland. (8)

2. Arbeid om op voort te borduren. (8)

3. Zo klein mogelijk. (8)

4. Breek aas voor de versiering. (8)

5. Hoofddeksel om te schenken. (8)

6. Die bestuurster is geen ster. (8)

# 309

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Laat merken dat je blij bent met de aansporing van een blaas. (5)

4. Conservatieve redding. (6)

7. De rol van een oplichter. (12)

10. Onderzoek met een vergrootglas. (12)

11. Het negende meisje. (6)

12. De vader van het meisje zit in een forum. (5)

Verticaal

1. Sportman met een snee in het paradijs. (4,4)

2. Een extra zeil hijsen in de buurt van een Gelders dorp. (8)

3. Een Europeaan van niks voor Zeus. (4)

4. Schep op: eiwitten, bessensap en suiker. (4)

5. Adviezen intrekken. (8)

6. Verwant aan de paarden- en ganzenbloem. (8)

8. Haal de schilder uit het begin van een karpet. (4)

9. Ter afsluiting nog even wachten. (4)

# 308

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Niet zo heel erg dat hij geen hoofdrol heeft. (6)

4. Draaistel. (2,3)

7. Supportersbusje. (12)

9. Zure jongen. (7,5)

11. Spelen volgens Hieronymus van Alphen. (5)

12. Doe met de voeten op de grond een groot aantal keren voornaam. (6)

Verticaal

1. Ziek corpslid. (8)

2. Ritsen is anders onheilspellend (8)

3. Loop (harder). (3).

4. Jacob. (2,4)

5. Komt voor ‘Hallo verlies’. (8)

6. De combinatie van een tong en een tuin is waardeloos. (8)

8. Het eerste lidmaat uit Klein-Azië. (6)

10. Naaldkunst. (3)

# 307

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Portret? (9)

7. Het equivalent van een haan. (12)

10. Zo links zijn ze in Zuid-West Frankrijk. (12)

11. In Heumen hoor je gekwetter. (9)

Verticaal

1. Kan je maar beter geen kopstoot van krijgen. (8)

2. Dom(oor) in Friesland. (7)

3. Kindermaatje. (4)

4. Tachtig procent eend op Ameland. (4)

5. Dan is het feest.  (8)

6. Het toetsinstrument wordt opgeborgen in een toetsinstrument. (7)

8. (Ver)diep(ing). (4)

9. Voornaam die past bij een springer. (4)

# 306

Printversie (pdf).

Horizontaal

2. Amfibie om te glaceren of te gratineren. (10)

6. + 7. + 9. Sop. (3,8,5)

10. (5)

11. Couveusekind. (8)

12. Ierse geldboom. (3)

13. Sofasnaaiers. (10)

Verticaal

1. Welke band ook al weer? (3,3)

2. De regels zijn dat agenten niet mogen zitten. (8)

3. Maak een fiets van het wildroer. (8)

4. Een Drentse en een Gelderse plaats komen samen in Oost-Vlaanderen. (8)

5. Er is niet alleen twist in die woning. (8)

8. Onvolledig ingedrukte cirkel. (6)

# 305

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Drinkpartij? (8)

6. Een omslag in de getuigenis. (4)

8. Schrijft over het landleven. (7)

9. Contourlijn. (6)

10. Oudje in een limousine. (7)

11. Zo komt vertrouwen. (2,4)

12. De klasse waarvoor je een lintje krijgt. (4)

13. Schildersdoek? (8)

Verticaal

1. Skai? (8)

2. Onregelmatig in het beledigen. (7)

3. Familie van de diefmier. (6)

4. Niet variabele munt in de Kanaaltunnel.  (8)

5. Lood? (8)

7. Duitse doelpaal in West-Vlaanderen. (7)

# 304

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Familie van de iglo. (8)

5. Punt om te scoren. (4)

7. Liever niet naar die vissen. (6)

9. Kleine ladderwagen. (7)

10. Weg door een functiegebied. (6)

11. Over deze landweg gaat het goed. (2,5)

12. Dat meisje bestaat uit twee elementen. (4)

13. Een slee met een knot is ook een slee. (8)

Verticaal

1. Snelle vis. (8)

2. Williams voegde begeerte toe aan het OV. (7)

3. Nighthawks van Hopper. (8)

4. Enthousiast bewonderaar van ladders. (8)

6. Een klap voor haar in 2015, 2003, 1991, 1979, 1967. (7)

8. Greep op zaken. (6)

# 303

Printversie (pdf).

Horizontaal

2. Overprijjs. (10)

6. Brits wezen. (3)

7. Ets. (10)

9. Die auto lijkt sloom. (3)

10. + 11. De drummer heeft de armen over elkaar bij dit vertrek. (3,6,4)

12. + 13. Zijn we in vergelijking met gisteren. (3,5,5)

Verticaal

1. Het is een vergissing als ik een Scandinaviër kalmeer. (6)

2. Familie van de loopkever. (8)

3. Belgisch tuinkruid is troef. (8)

4. Onderdeel van een scheepsklok. (8)

5. Rotgetal. (8)

8. Grote goden. (6)

# 302

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Toegevoegde teksten. (11)

7. Docent in een online cursus? (12)

10. Het vermogen van een machine. (12)

11. Gemeenschapswerk. (11)

Verticaal

1. Deel van een verhaal over een legitimatiebewijs. (7)

2. Filosoof in de keukenla. (8)

3. BD (sleutel: C). (4)

4. Opnieuw een Chinese maat, hoe vroom. (4)

5. Verwant aan de schopstoel. (8)

6. Uit Peer wordt huiduitslag gemeld. (7)

8. Hard klinkend instrument. (4)

9. Dodelijk gruis. (4)

# 301

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Het katerige gevoel wanneer iets stuk ging. (4)

3. Lettervreter. (7)

7. Familie van de akkerbroeder. (12)

10. Getroeteld en niet kunnen lezen of schrijven. (12)

11. Socialistisch vuurwerk voor een kleine haring (7)

12. Mand van een bijklussende visser. (4)

Verticaal

1. Dat dessert is vies sinds de Franse koningen. (8)

2. Verliezende uitvaartmedewerker. (8)

3. Verrast voor de middag de luiaard. (4)

4. Uurwerkdeel dat zo te horen uit de muur komt. (4)

5. Verraste met een oversteek. (8)

6. (Van) rivierk(l)ei.. (8)

8. Breng de verhaallijn in kaart. (4)

9. De eerste van de kleine lettertjes. (4)

# 300

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Geen reden. (6)

4. Een gegeven moment. (5)

7. Sein voor de slopers. (12)

8. Gevaarlijke ontwikkeling. (12)

9. Hij is een eentonige agent. (5)

10. Getwijfeld over dat land omdat iedereen daar lacht. (6)

Verticaal

1. Onderdeel van een doolhof. (8)

2. Makreel die in Zuid-Frankrijk zingt. (8)

3. Warm gedicht. (8)

4. De gegevens op een rijtje gezet. (8)

5. Schets van een technicus die thuis is in tapkasten. (8)

6. Deel van een kruidentuin. (8)