Zomer

De komende drie weken geen cryptootjes. Op 17 augustus wordt de reeks voortgezet met # 385.

# 384

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Daarin krijg je zwemonderricht. (8)

5. Een stuk teak. (4)

7. Kleine agent? (6)

9. De ketter op het lijf van een poes. (7)

10. Geen teamplayer. (6)

11. Vorm een bestanddeel uit leemten. (7)

12. Zo te horen een progressief dier. (4)

13. Dat geeft hoop. (8)

Verticaal

1. Eer het naschrift voor de alpenwei met gezang. (8)

2. Wurgkoord? (7)

3. Tochtige kroeg? (8)

4. De geheimen van een naar mens op haar gemak.. (8)

6. Ruzie om een schip met bier. (7)

8. Een lijn met een dikte van 1 millimeter. (6)

# 383

Printversie (pdf).

Horizontaal

2. Westlandse voorziening. (10)

6. Golfletter. (3)

7. Moet je gebruiken als je er de beschikking over hebt. (10)

9. Krengen van letters. (3)

10. + 11. Het verlaten van het openbaar vervoer geeft een resultaat. (3,2,3,5)

12. Je ziet hem aan het begin van een leergang. (3)

13. Dan kreeg je geen stank als erkentenis. (10)

Verticaal

1. Heilige lijst aan de kust. (6)

2. Eindejaarsfeest in de boom. (8)

3. Cyriel Buysse schreef over zijn recht. (8)

4. Hij is niet mals van zijn vak. (8)

5. De rijksmunt is anders vers en vals. (8)

8. Zestig minuten regen. (6)

# 382

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Knalfuif. (11)

7. Lompe chauffeur. (12)

10. Thomas. (4-8)

11. Dat doet nummer twee. (11)

Verticaal

1. Dat meisje heeft de opdracht een ander meisje te kalmeren. (7)

2. Familie van de boomkever. (8)

3. Die titel is anders echt Engels. (4)

4. Bier dat je uit de flappentap haalt. (4)

5. Classificatie van het soort strijdperk. (8)

6. Die zanger stond reeds te putten. (2,5)

8. Jongen die je liever op gewicht houdt. (4)

9. Zwakke zussen. (4)

# 381

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. FC Troje. (4)

3. Instel. (7)

7. Wandspots. (12)

10. Dubbele dienst? (12)

11. De laatste Duitser? (7)

12. Kaal en geslepen. (4)

Verticaal

1. Zijn opdracht is toegelaten. (8)

2. Een hapje op de loop zal vermakelijk zijn. (8)

3. Overwater. (4)

4. Hij zorgde voor een grafkuil. (4)

5. Transactie van swingende schakers. (8)

6. Groene gemeente? (8)

8. Zijn post wordt teruggestuurd. (4)

9. Een persoon als geen ander. (4)

# 380

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Hij is afgevallen door zich niet aan de regels te houden. (6)

4. Hij werd rijk achter de slee. (5)

7. Proefdruk? (12)

8. Een Rover en een Landrover. (12)

9. Bijzaak is voor hem hoofdzaak. (5)

10. Een spetter en een kanjer. (6)

Verticaal

1. Wordt veroorzaakt door een spraakwaterval. (8)

2. Ploegen? (8)

3. Net zo goed is het zeeën ver. (8)

4. Het abonnement dat je anders aantrekt. (8)

5. Het aandeel in een imkerij. (8)

6. Je afkeer van de beginselen scherp laten horen. (8)

# 379

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Drukke cirkel. (5)

4. Twee jongens om op te trommelen. (6)

7. Dienstwapen? (12)

10. Tijd om je sjaal te pakken. (12)

11. Het erfelijk materiaal van een heer uit Brabant. (6)

12. Element dat mogelijk was voor een camera. (5)

Verticaal

1. Niet te verplaatsen is waarschijnlijk niet verkeerd. (8)

2. Toon geldbomen. (8)

3. De oase waar een maat werd herdacht. (4)

4. Verlangen naar karakter. (4)

5. Dat doet een postzegellikker. (8)

6. Bevoegdheden om met een heer af te spreken. (8)

8. De terugkeer van een lekkernij zorgt voor strijd. (4)

9. Een liefkozing komt dadelijk erbij. (4)

# 378

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Meringue voor het gajes. (6)

4. Verbaasd dat het antwoord direct achter de vraag komt? (5)

7. Drukregels. (12)

9. Vervelende opening. (3,6,3)

11. Zorgt voor verheffing. (5)

12. Na 13:00 uur toegang geven. (6)

Verticaal

1. Hijj is ondervertegenwoordigd. (8)

2. Gek deel van een beitel. (8)

3. + 4. + 5. Moeizaam verder gekomen dankzij beulsactiviteiten. (3,6,2,6)

6. Doen temperen. (8)

8. Relais voor vrouwen. (6)

10. Die ploeg is niks voor mij. (3)

# 377

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Familie van de parketlak. (9)

7. Kloostermissen? (12)

10. Bestaan binnen een plus. (2,5,5)

11. Hostie. (9)

Verticaal

1. Vies stuk in de provincie Antwerpen. (8)

2. Twee voorzetsels maken een paradoxaal bijwoord. (7)

3. Twee dominees in de kunst. (4)

4. Heb je als je voor de derde keer trouwt. (4)

5. Familie van het steppepaard? (8)

6. Paaling. (7)

8. De dag van de aanwijzende voornaamwoorden. (4)

9. Achterstevoren gaat ‘t ook vooruit. (4)

# 376

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. + 3. Dan heb je vroeger niet veel begrepen (3,8)

8. Sentiment van niks. (12)

10. Moordplek of roofslot. (6,6)

12. Rond Y kan je een reactie verwachten. (8)

13. Wild dat achter het stuur zat. (3)

Verticaal

1. Internetreclame? (8)

2. Geen boosaardig gereedschap. (8)

4. Eisenhower of Turner. (3)

5. Fierte kan ongunstig worden. (6)

6. Insect met een korst. (8)

7. Keuze van niks. (8)

9. Stripfiguur van dubbel metaal. (6)

11. Rivierletter. (3)

# 375

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Ik wil reserve zijn. (6,2)

6. Ploeg daar aan de Duitse rivier. (4)

8. Dat is onwezenlijk. (4-3)

9. Zij is verwant aan een hoerenjong. (6)

10. Wilt u liegvee? (7)

11. Aanmoediging voor een zojuist aangekomen kampeerder. (3,1,2)

12. Stroomt heen en weer in Zwitserland. (4)

13. Telefonisch contact over het dieet. (3,2,3)

Verticaal

1. Kleurstof? (8)

2. De watersnip wordt opnieuw geofferd. (7)

3. Spieken kan een beproeving zijn. (6)

4. Koempel? (8)

5. Boom die steeds groter wordt. (8)

7. De nummer een van de ondergrondse. (7)

# 374

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Wordt het eerste uur gegeven. (8)

5. De dochter van kok Tos. (4)

7. Het wapen van een vlotte Europeaan. (6)

9. Bloemdeel waarmee puree wordt bereid. (7)

10. Gelderse letter. (6)

11. Een jongen en een meisje maken een meisje. (7)

12. Onderdeel van een snelmenu. (4)

13. Vogels die afscheid nemen van Romeinse huisgoden. (8)

Verticaal

1. Een heilige, een knaagdier en ik maken een spel. (8)

2. Wat in Gelderland overblijft van vruchten. (7)

3. Begrip voor een positie op afstand. (8)

4. Functie van een schoenmaker in opleiding. (8)

6. Conferentie van twaalf maanden. (7)

8. De functie van een sneer kan verheffend zijn. (6)

# 373

Printversie (pdf).

Horizontaal

2. Weekmakende mok. (10)

6. Bier en vis voor haar. (3)

7. Combinatie die gedachten oproept. (10)

9. Twijfelachtige muziek. (3)

10. + 11. Opkomen voor ontwapening. (3,4,6)

12. De kunst van Franse voegwoorden. (3)

13. Er was wrijving na het bezoek. (10)

Verticaal

1. Greep op de in- en verkoop. (6)

2. Agressieve peulvruchten. (8)

3. Muzikanten die bij elkaar passen. (8)

4. Politieagentje? (8)

5. Aflossen? (8)

8. Vorm hem van resten. (6)

# 372

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Ontwerponderwijs. (11)

7. Het gevolg van overvragen. (12)

10. Spot. (12)

11. Onharmonieuze beschadigingen van een deurpost. (11)

Verticaal

1. Eentonig instrument. (7)

2. Attentie die je niet vergat. (8)

3. Vijf bedorven letters. (4)

4. Zo te horen zit deze Moabitische vrouw zonder geld. (4)

5. Gevaarlijke kwestie. (8)

6. Lijkt een oplosmiddel voor het eerste rund. (7)

8. Het vaartuig keert terug met een schaaldier. (4)

9. Stuk van een stuk. (4)

# 371

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. + 3. Meer dan het gegeven. (4,2,5)

7. Fundamenteel onderdeel. (12)

10. Publieke uitgave? (12)

11. Lichaamsdeel dat een drinker niet droog houdt. (7)

12. Schept rugklachten. (4)

Verticaal

1. Archiveren in de Alpen. (8)

2. Had over een boom en een Europeaan kunnen schrijven. (8)

3. Stof die tenslotte valt. (4)

4. Maak eens ‘n hond. (4)

5. Reisonderkomen op voormalig grasland. (8)

6. Meterton die ondergronds gaat. (8)

8. Biet of snars. (4)

9. Droom van banket. (4)

# 370

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Franciscus kwam eraan met de frisdrank. (6)

4. Fritz Wepper was geen groot acteur. (5)

7. Dat is een vraag voor de producent. (3,5,1,3)

8. Testbaan. (12)

9. Achter de schaker in Zuid-Afrika. (5)

10. Geen pook maar een vraagbaak. (6)

Verticaal

1. Stel vier maal. (8)

2. Vlot? (8)

3. Geen zitmeubel. (8)

4. Matroos met een leertaak. (8)

5. Boek dat weerklank vindt? (8)

6. Keurige schaker, net over de grens. (8)

# 369

Printversie (pdf).

Horizontaal

1. Wereldbeeld. (5)

4. Een boek over parodontose. (6)

7. (Neem je in) acht. (12)

10. Hof die in orde is. (12)

11. Scandinaviër die ermee kapt. (6)

12. Zij zit in de gevangenis. (5)

Verticaal

1. Wat uit de oven komt zit goed. (8)

2. Algemeen bekend dat die lang geleden uit de oven kwam. (4,4)

3. Hij komt voor de middag in Noord-Holland. (4)

4. . (4)

5. Vechtlust? (8)

6. Het kartelen van kunststof. (8)

8. . (4)

9. Lijkt verstand te hebben van pekel. (4)