Horizontaal
1. De vlegel van Veghel? (8)
5. Die jongen wordt overgeslagen. (4)
7. Dat verblijf klinkt vanzelfsprekend. (6)
9. Is doorgaans ook een drinklokaal. (7)
10. Een reünie van klieren. (6)
11. Een bron van vermaak? (7)
12. Er zit een zangeres in een niettang. (4)
13. Parkeerplaats? (8)
Verticaal
1. + 2. Dan is ook de verbeelding aan de macht, nietwaar? (2,6,7)
3. Je zou ‘s lasogen krijgen van die kleurstof. (8)
4. Beroepsperiode? (8)
6. Hij zag een roosje staan. (7)
8. Veeg oord. (6)
No comments:
Post a Comment